Zeebaarsregeling (2020) en strandvisserij

De nieuwe regeling omtrent de zeebaarsvangsten is wellicht reeds goed doorgesijpeld binnen de recreatieve vissersgemeenschap, echter willen wij via dit nieuwsbericht wijzen op een belangrijke nuancering in ‘artikel 10§5’ en ‘overweging (11)’ van de Europese Verordening (EU) nr. 2020/123.

Net zoals tijdens de voorgaande jaren blijven de Europese maatregelen voor zeebaars behouden. Weliswaar werd binnen de grenzen van het wetenschappelijk advies de baglimiet voor 2020 opgetrokken van één naar twee zeebaarzen per persoon per dag (zie ook nieuwsbericht van 19 december 2019). In de maanden januari, februari en december wordt enkel catch & release toegestaan en mogen bijgevolg geen exemplaren aan boord worden gehouden. De minimummaat blijft hierbij ongewijzigd op 42 cm.

Europa heeft verder de kaart getrokken van de selectieve visserij. Omwille van het feit dat vaste netten (i.e. de technieken die onder ‘passieve strandvisserij’ catalogeren) door Europa als te weinig selectief worden beschouwd, en bijgevolg de kans bestaat dat grotere aantallen worden gevangen, worden vaste netten uitgesloten. Met andere woorden, Europa stelt dat door de vaste netten geen zeebaarzen mogen worden gevangen gedurende het ganse jaar. Niettegenstaande deze maatregel contradictorisch lijkt voortgaand op de conclusies van de Belgische rapportage (2019) waarbij vaste netten de kleinste vangsten voor hun rekening nemen, werd deze Europese maatregel ingesteld op basis van bevindingen op regionaal zeeniveau (i.e. Noordzeegebied – Frankrijk, België, Nederland, Duitsland, Denemarken en VK). Zo worden in o.a. Nederland nog steeds aanzienlijke zeebaarsvangsten gegenereerd door warrelnetten. Wellicht zullen ook bij onze noorderburen maatregelen getroffen worden door de kustgemeenten om de vaste netten te conformeren met de huidige Europese regelgeving.

Verder mogen in de periodes tijdens dewelke enkel catch & release wordt toegelaten uitsluitend vistechnieken worden gebruikt waarvoor een hoog overlevingspercentage geldt.  

Recreatieve visserij in het Europees Parlement

Foto: Europees Parlement

Dat de recreatieve visserij op socio-economisch vlak een belangrijke rol vervult staat tegenwoordig buiten kijf. Dit werd op Europees-niveau voor de eerste maal wetenschappelijk onderbouwd door de studie van Kieran Hyder en collega’s in 2017 (zie ook nieuwsbericht van 12 oktober 2017). Een economische impact van 10,5 miljard euro op jaarbasis en verantwoordelijk voor 100.000 jobs, dit waren enkele van de opvallende conclusies van dit lijvig rapport.

Gisteren (19 februari 2020) vond in het Europees Parlement opnieuw een conferentie plaats rond de stand van zaken, het beleid en de perspectieven voor de recreatieve zeevisserij op Europees niveau. Dit event werd voorgezeten door de Europarlementsleden (MEP) Niclas Herbst en Michal Wiezik, en inhoudelijk kracht bijgezet door vertegenwoordigers van internationale organisaties, MEPs, leden van de Europese Commissie (DG MARE, DG R&I) en diverse stakeholders. Zo werden presentaties gegeven door Olivier Portrat (European Fishing Tackle and Trade Organisation – EFTTA), David Vertegaal (European Anglers Alliance – EAA), Kieran Hyder (Centre for Environment, Fisheries and Aquaculture Science – CEFAS, VK) en Maja Kirchner (DG MARE, Unit Fisheries Management Atlantic, North Sea and Baltic Sea), gevolgd door een debat. Dergelijke events geven ons de kans om rechtstreeks in dialoog te treden met de beleidsmakers en internationale partners, en hierin onze standpunten kenbaar te maken. Thomas Verleye (VLIZ) en Steven Dauwe (VLIZ) waren alvast aanwezig om België verder internationaal te netwerken.

Tijdens de conferentie kwamen diverse thema’s aan bod. Zo werd o.a. aandacht besteed aan:

  1. Het socio-economisch belang van de sector: binnen dit kader werd onder meer de nood onderstreept aan een EU-studie die het belang van de ganse recreatieve visserijgemeenschap (zout + zoet over de types visserij heen) dient aan te tonen. Studies in het verleden (o.a. de studie uit 2017) richten zich hoofdzakelijk op de zoutwater hengelvisserij. Hiernaast werd tevens het potentieel van recreatieve visserij binnen de context van toerisme aangetoond. Dergelijke vorm van toerisme vertegenwoordigt in bepaalde rurale gebieden binnen Europa veruit de voornaamst inkomstenbron uit toerisme. Verder lijkt het aantal vissers een dalende trend te vertonen. Gezien het economisch belang die verbonden is aan deze activiteit wordt het gebrek aan een gedegen EU-regelgeving door de EAA als een gemiste kans beschouwd (zie ook punt 3).
  2. Bijdrage van de recreatieve visserijgemeenschap tot wetenschappelijk onderzoek: de recreatieve vissers werken samen met onderzoekers in het kader van zogenaamde tagging-projecten, waarbij vissen gemerkt worden (of een zender krijgen). De kennis van de vissers in kwestie wordt hier gebruikt om het gericht vangen van de doelsoorten mogelijk te maken (kennis van locatie en vistechniek). In België wordt zo bijgedragen tot het akoestisch zendernetwerk, tot het plaatsen van data storage tags en de zeebaarstagging. Ook in Nederland vinden dergelijke samenwerkingen plaats (bv. haaientagging).
  3. Erkenning van de recreatieve zeevisserij als volwaardige sector: Er dient gestreefd te worden naar een regelgeving op maat voor de recreatieve zeevisserij onder de koepel van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid. Dit vergt tevens voldoende kennis over de activiteit an sich, waarbij onderzoek naar het beheer/beleid (ecosystemen, VN-duurzame ontwikkelingsdoelen), co-management (data, methodes), teruggooi (overleving, ethiek) en de menselijke dimensie (participatie, gedrag, reactie) een noodzaak vormen.
  4. De impact van de recreatieve zeevisserij en integratie in stock assessments: Verdere monitoring van de recreatieve visvangsten vormt een belangrijk aandachtspunt. De vangsten van de recreatieve zeevissers dienen bij voorkeur te worden opgenomen in de stock assessments van de diverse vissoorten. Op deze wijze kan een duurzame bevissing worden nagestreefd in de toekomst, gebaseerd op cijfers die de werkelijke visvangst (commercieel en recreatief) beter benaderen.